Het geschiedenisonderwijs heeft tot doel om de leerlingen een raamwerk van historische kennis te bieden en kritisch met historische bronnen en beelden te leren omgaan.
De aanpak van het geschiedenisonderwijs is tegenwoordig gebaseerd op:
- De tijdvakken van de Commissie ‘De Rooy’: Advies van de Commissie historische en maatschappelijke vorming, Verleden, heden en toekomst (2001);
- De vensters van de Canon van Nederland: Rapport van de Commissie ontwikkeling Nederlandse canon (Commissie ‘Van Oostrom’ 2006-2007); in 2020 herijkt door de Commissie Herijking Canon van Nederland (Commissie ‘Kennedy’).
Bieden deze voorstellen de mogelijkheid om aandacht aan de Molukse geschiedenis te besteden? Ja, zij het heel beperkt. Sommige onderwerpen kunnen aan de orde komen als onderdeel van de koloniale geschiedenis en de dekolonisatie van Indonesië, sommige andere in het kader van Nederland als multiculturele samenleving.
Daarnaast hebben leraren ruimte in hun leerplan voor bijzondere onderwerpen. Als zij dat nodig vinden, kunnen ze extra plaats maken voor onderwerpen uit de Molukse geschiedenis. Bijvoorbeeld omdat de school in een Molukkersgemeente staat. Of omdat zij (Molukse) leerlingen willen stimuleren om zich, door individuele werkstukken en andere opdrachten, in de Molukse geschiedenis te verdiepen.
In de geschiedenislessen vormt de geschiedenis van Nederland het uitgangspunt. Daarbij rekent men gebeurtenissen overzee, in gebieden die als Nederlands grondgebied werden beschouwd, ook tot de ‘Nederlandse geschiedenis’.
De vraag is dan meestal: wat hebben de Molukken betekend voor de geschiedenis van Nederland? Op deze website gaat het ook over de omgekeerde vraag: wat heeft Nederland betekend voor de geschiedenis van de Molukken?
Het is voor leraren en leerlingen niet eenvoudig om een informatief overzicht van de Molukse geschiedenis te vinden dat goed aansluit bij de leerstof in de geschiedenislessen.
Deze website sluit daarom aan bij de indeling van de (Nederlandse) geschiedenis in tijdvakken. Daarnaast sluit de website aan bij de aanpak van de Canon van Nederland, door verhalen te presenteren als ‘vensters’ die historische gebeurtenissen nader belichten en tot leven wekken.